Die twee dagen tegen de wind in en bergop fietsen bleken goed voor mijn nachtrust. Iets na negen uur reed ik langs het strand van de Zwarte Zee naar de supermarkt. Zo kon ik vandaag in de zon op het strand ontbijten voor ik richting Istanbul vertrok.
Om bij de kust weg te komen volgen eerst weer de nodige klimmetjes om daarna op de snelweg mijn weg te vervolgen. De voordelen van de snelweg zijn goed asfalt, geen straathonden en een brede vluchtstrook. Nadelig zijn de auto’s en vrachtwagens die je passeren.
Het snelweg avontuur duurt net lang genoeg om nieuw en interessant te zijn. Daarna volg ik een binnendoor route waar groen en nieuwbouw elkaar afwisselen. Hier vind ik een goede koffiezaak en een super voor de nodige brandstof. Want hoewel ik al in Istanboel ben, is het nog 30 kilometer naar mijn bestemming.
Dan aan het einde van een lange straat is daar de Bosporus, de verbinding tussen Zwarte Zee en de Zee van Marmara en de grens tussen Europa en Azië. Het einde van Europa dus, op de fiets.
Langs de oever van de Bosporus geniet ik van dit moment en van het gigantische Istanboel. Ongeveer één achtste van Nederland qua oppervlakte, maar bijna evenveel inwoners.
Met de fiets volg ik eerst een wandel- en fietspad langs de Bosporus en navigeer daarna door het drukke verkeer richting een van de veerboten. Wachtend op de boot krijg ik nog een stuk watermeloen en dan de overtocht naar de Aziatische zijde en naar mijn hostel.
Tot morgen
Wees de eerste om te reageren