Weer een wekker en dat op maandag, verdwaasd worden we wakker met het idee dat we moeten werken, de regen die op het dak klettert herinnert ons er gelukkig snel aan dat we nog in Maleisië zijn. We douchen, pakken onze spullen en staan koffieloos nog een beetje gapend op de taxi te wachten. De taxi brengt ons aanzienlijk sneller dan op de heenweg naar het vliegveld waar we na het inchecken snel de Starbucks opzoeken.
De korte vlucht naar Kuala Lumpur geeft ons nog een mooi uitzicht over eilanden en aangekomen in KL halen we onze Proton Persona op waarmee we onze reis vervolgen. Als echte avonturiers kiezen we ervoor om geen navigatie te nemen, we hebben een kaart en dat is ongetwijfeld voldoende samen met de instructies van de Europcar medewerker die tot drie keer toe vroeg of we echt geen gps wilden.
De instructies van de man waren niet heel best en de kaart hadden we verder ook nog niet heel goed bestudeerd. Dit resulteerde in een flinke omweg maar leidde vooral naar een prachtige kustweg die geen enkele navigatie gevonden zou hebben #winning.
Zo rijden we de nr. 5 weg af richting Melaka langs de duizenden hectare palmbomen plantage van Sime Darby, de PON van Maleisië, werkgever van 125.000 mensen en verantwoordelijk voor 6% van de wereldwijde palmolie productie. #nuttelozeweetjes
Uiteindelijk rijden we tegen negen uur Melaka binnen (300km in 6 uur) en vinden na een paar extra rondjes ons hotel vlak naast Jonker Walk. Omdat we tijdens het genieten van het uitzicht en het geconcentreerd links rijden enigszins vergeten waren te eten zoeken we direct The Geographer cafe op en zonder veel te zeggen verdwijnen twee grote borden nasi en 4 tiger bier waarna we voldaan de stad inlopen. De VOC heeft deze stad in 1641 “bevrijd” van de Portugezen en tot 1799 Melaka niet meer afgestaan. Nu nog staat hier The Stadhuys en een kleine windmolen, Melaka staat op de werelderfgoed lijst van Unesco maar een verbod op knipperende LEDlampjes zou niet misstaan.