De mevrouw van de camping had aangegeven dat de plek waar ik stond het verste weg was van de weg. Tegelijkertijd was deze plek het dichtste bij het water, het water waar een roedel bronstige eenden, ganzen en andere gevleugelde tot diep in de nacht druk en luid waren.
Ornithologisch kabaal daargelaten heb ik alsnog heerlijk geslapen. De ochtend begon met een meteorologische verrassing hoewel ik inmiddels wel gewend ben aan de onverwacht buien. Ik blijf nog een uurtje liggen voor ik de tent uit ga om te ontbijten en vervolgens alles weer in te pakken.
Mijn ambitie om tijdig te vertrekken en vandaag iets meer dan 110 kilometer te fietsen lijkt een ijdele hoop te worden. Eerst maar eens op weg en dan kan het plan altijd nog aangepast worden. Bijvoorbeeld na tien kilometer als de stress van het niet weten waar mijn pinpas, creditcard en rijbewijs zijn het wint van de bijna zekere gedachte dat ze nog in de tent zitten. Ik stop, pak de tent uit, vakjes zijn leeg, schudden, tent binnenstebuiten, pasjes gevonden, tent weer inpakken, verder fietsen.
De route is geweldig, meer gravel, meer beter. Tegen beter weten in heb ik mijn regenjas ver weg gestopt en ja hoor, nog een verrassingsbuitje. Gelukkig van korte duur en ik gravel lekker door, met de wind in de rug haal ik hogere snelheden dan de vorige dagen. De weg ligt op sommige plekken vol met wilde kastanjes, met van die scherpe naalden, tssssss, lekke band nummer drie. Het hele fucking jaar heb ik nog geen drie lekke banden gehad. Gelukkig wel voorbereid en ik word er steeds handiger in.
De geplande route moet ik inmiddels als verloren beschouwen en overweeg mijn opties aangezien ik morgen weer terug bij de camper wil zijn. Het aanbod geopende campings tussen hier en de camper is nihil en ik wil morgen op tijd verder dus besluit te vieren dat ik mijn pinpas niet kwijt ben en halverwege een hotel te zoeken. Verder heb ik weinig geleerd van de vorige dagen en heb ik geen bakker, supermarkt of horeca in de route opgenomen. Maar op nog wat repen en een zak haribo gummiberen trap ik door het prachtige glooiende landschap, een kasteeltuin en uiteindelijk zo mijn hotel binnen.
Na een verfrissende douche wandel ik een rondje door het dorp, dit met name om de tijd te doden tot het restaurant in mijn hotel opent. Ik merk dat ik toch liever in mijn eentje voor de tent eet dan alleen in een restaurant zit en zo heeft de week verschillende inzichten opgeleverd. Die zal ik morgen eens opsommen, eerst eten en slapen en morgen voor de verandering vroeg op pad.
Hallo Rik, in neem aan dat je s’ochtends bij vertrek nog niet weet waar je s’ avonds overnacht. Kun je aangeven zo ongeveer op welk moment van de dag je besluit waar je die dag gaat overnachten?
Hi Frans, meestal kijk ik ‘s avonds waar ik de volgende dag heen ga. Ik heb een lange route en dan kijk ik naar afstand en hoogtemeters. Dan zoek ik na rond de 100 kilometer een accommodatie en plan dan de route voor de volgende dag.
Per land verschilt het aantal beschikbare accomodaties erg. Ik Zweden kon ik langs de kust elke 5 tot 10 km een camping vinden. In Oost Turkije is wildkamperen een betere optie.