Nadat het nog lang onrustig was met zingende Chinezen vielen we uiteindelijk in slaap in een wat muffig bed, om half zes werden we gewekt door het ochtendgebed uit de luidsprekers van de naastgelegen Moskee. Dit duurde pakembeet een uur en waar Marlies rustig verder sliep lag ik klaarwakker in bed en overdacht het nut van religie.
Uiteindelijk vat ook ik de slaap nog even en om 10 uur verlaten we betondorp om tussen de plantages door koers te zetten richting Merang vanaf waar morgen onze boot naar Redang vertrekt. We genieten van de laatste dag in onze Proton Persona en sturen tussen de prachtige landschappen door. We worden enthousiast van de waarschuwingsborden voor Tapirs en Olifanten en hopen dan toch nog wat wilde dieren te zien. Het meest gevaarlijk dier dat wij blijkbaar in zijn natuurlijke habitat aantroffen was de inhalende Maleisiër die bij voorkeur voor een blinde bocht een vrachtwagencombinatie inhaalt en halverwege wel bepaald hoe hij met tegemoetkomend verkeer omgaat. We hebben geluk en worden geen getuige van een van de keren dat dit fout moet gaan.
Bijna foutloos leggen we de 350 km tot ons beach resort af en duiken direct de zee in bij aankomst. Bij het eten en in de supermarkt worden we geconfronteerd met de overheersende religie aan de oostkust van het Maleisische schiereiland en gaan uiteindelijk zonder bier naar bed.